Het kabinet heeft als doel gesteld om de koopkracht voor mensen met lagere inkomens te laten stijgen en het aantal mensen dat in armoede leeft te stabiliseren of te laten dalen. Om de maatregelen hiervoor te bekostigen, vindt er een herverdeling plaats waarbij mensen met een hoger inkomen (iets) meer belasting gaan betalen. Hieronder worden de 15 belangrijkste maatregelen kort toegelicht:
Belastingplan 2025
De tarieven van box 1 in de inkomstenbelasting worden beperkt gewijzigd vanaf 2025, waarbij er een extra belastingschijf wordt ingevoerd.
De algemene heffingskorting wordt verminderd.
Het box 3 tarief blijft 36% in 2025.
Belastingplichtigen die na 24-12-2021 een aanslag met box 3 heffing hebben ontvangen kunnen een verzoek doen tot vermindering, indien het met het vermogen behaalde werkelijke rendement lager was dan het veronderstelde fictieve rendement in die aanslagen. Een dergelijk verzoek moet worden ingediend binnen 5 jaar (voor aanslagen 2019 is dit voor eind 2024).
De MKB-winstvrijstelling wordt in 2025 verlaagd van 13,31% naar 12,7%.
Voor ondernemers die thuis een werkruimte hebben, die geen eigen ingang of voorzieningen (sanitair/keuken) heeft, wordt in de wet vastgelegd dat huurderslasten in verband met die werkruimte niet aftrekbaar zijn van de winst. Huurderslasten zijn onder andere kosten van gas, water en elektriciteit.
Voor reiskosten die worden gemaakt voor medische afspraken kan een bedrag van € 0,23 per kilometer in aftrek worden gebracht. Voor mensen die door ernstige ziekte of handicap extra vervoerskosten hebben, geldt een aanvullende aftrek van € 925. Reiskosten gemaakt met openbaar vervoer of taxi blijven aftrekbaar tegen de werkelijk gemaakte kosten.
6. Verlaging aanmerkelijk belang tarief (2025)
Het tarief van de tweede schijf van box 2 inkomstenbelasting wordt vanaf 2025 verlaagd van 33% naar 31%. Is het aanmerkelijk belang inkomen (per partner) in een jaar € 67.804 of lager, dan blijft het tarief 24,5% over dat inkomen (1e schijf).
De vennootschapsbelasting tarieven wijzigen niet in 2025.
Door de onderneming gedane giften zijn vanaf 2025 niet meer aftrekbaar voor de vennootschapsbelasting. Giften worden gezien als een winstuitdeling aan de aandeelhouder. Reclame en sponsoring worden niet gezien als giften.
De earningsstrippingmaatregel in de vennootschapsbelasting beperkt de renteaftrek. Rente is niet aftrekbaar voor zover het saldo van de verschuldigde en ontvangen rente meer bedraagt dan 25% van de winst (dit is nu nog 20%) én meer dan € 1 miljoen (drempelbedrag).
Om te voorkomen dat bedrijven activiteiten in verschillende vennootschappen gaan opsplitsen om meerdere keren van het drempelbedrag gebruik te kunnen maken, vervalt specifiek voor vastgoedlichamen met verhuurd vastgoed de drempel van € 1 miljoen. Voor deze lichamen is de renteaftrek altijd 25% van de winst.
9. Bedrijfsopvolgingsregelingen (2026)
Iemand die een bedrijf erft of geschonken krijgt en dit bedrijf voortzet, kan onder voorwaarden gebruik maken van bedrijfsopvolgingsregelingen. Deze regelingen zorgen voor een lagere schenk- of erfbelasting en voor uitstel van inkomstenbelasting. Er worden een aantal nieuwe maatregelingen ingevoerd die de regelingen verbeteren en ongewenst misbruik voorkomen. (O.a. kortere voortzettingstermijn, herstructureringen staan toepassing van de regelingen niet in de weg, geen dubbele toepassing van de regelingen).
Het btw-tarief voor logies en kort verblijf (m.u.v. kamperen) en bepaalde culturele goederen en diensten (zoals musea, kunst, boeken, muziek- en theatervoorstellingen) gaat vanaf het jaar 2026 omhoog van 9% (verlaagd tarief) naar 21% (algemeen tarief). Voor sportverenigingen blijft het verlaagde tarief gelden. Voor leermiddelen (leerboeken) voor kinderen tot 18 jaar komt er een compensatie.
Indien voor een verbouwing van onroerend goed met meer dan € 30.000 aan verbouwingskosten een BTW aftrek is geclaimd, zal vanaf 1-1-2026 die BTW aftrek worden herzien als blijkt dat het onroerend goed in de volgende 5 jaren niet voor BTW belaste prestaties wordt gebruikt. Een soortgelijke herziening geldt al langere tijd voor de aankoop of het vervaardigen van nieuw onroerend goed.
Vanaf 2027 wordt de 30%-regeling voor werknemers uit het buitenland (expats) aangepast. Het voorstel bestaat uit 2 maatregelen:
Bovenstaande wijzigingen gelden alleen voor expats die na 1-1-2024 van de regeling gebruik zijn gaan maken.
Voor emissievrije personenauto’s wordt tot en met 2029 een 25% korting gegeven op de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting). De korting geldt voor nieuwe en tweedehands emissievrije auto’s. De korting is een compensatie voor de anders hogere belastingheffing voor de zwaardere elektrische en waterstof gedreven auto’s. Vanaf 2030 vervalt de korting.
Vanaf 2027 wordt de salderingsregeling beëindigd. Vanaf dat jaar kunnen eigenaren van zonnepanelen de stroom die zij opwekken en terug leveren aan het elektriciteitsnet niet meer verrekenen met de stroom die zij afnemen. Eigenaren ontvangen dan een redelijke vergoeding van de energieleverancier voor de geleverde stroom. Gebruikers van stroom betalen geen energiebelasting over stroom die ze zelf opwekken en direct gebruiken.
Het tarief van de overdrachtsbelasting wordt verlaagd van 10,4% naar 8% voor woningen die niet als eigen woning gebruikt gaan worden. Denk hierbij aan de 2e woning, vakantiewoningen, maar ook verhuurde woningen.
Let op: dit betreffen wetsvoorstellen die pas definitief worden na goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer.
Gepubliceerd, 18 september 2024
